We waren allemaal geschokt door zijn overlijden. Hoezeer waren we vertrouwd met de zoon die met ingehouden moederhaat, slechts geremd door moederliefde, fulmineert dat hij geen kopje thee blieft maar een langbenige blonde Finse vriendin. Of de echtgenote op de achtergrond van haar intellectuele man die allerlei theorieën over haar verkondigt zonder haar daarin te betrekken en dat fijntjes laat weten aan de kijker zonder dat haar man dat door heeft. Of de Haagse schooier die schuimbekkend van biergebruik en praatconsumptie de ene na de andere straatwijsheid de ether in slingert.

Maar voor mij was Bie toch vooral de Duitse Leraar.

De Duitse leraar kwam al van ver hoorbaar tierend en gesticulerend het beeld binnen wandelen. Of wandelen? Je kon het beter omschrijven als zwemmen door de lucht. Met beide armen breed zwaaiend, met aan een hand een boodschappentas. Gehuld in lange jas, op het hoofd een berenmuts. Zwemmend tegen de stroom van de heersende mening in. Zich onderweg al druk makend om die belachelijke narcissen in het plantsoen of een lantaarnpaal midden op de stoep.

Nu de Duitse leraar er niet meer is leeft hij voort in mijn hoofd. Loop ik me kwaad te maken over hoe het in vredesnaam mogelijk is dat we in een tijd zijn gezonken dat ouwe mensjes moeten vrezen voor een nette bankmedewerker aan de deur die hun waarschuwt voor een bende die hen oplicht. En dat daarom zijn bank hem gestuurd heeft om het mensje een nieuw pasje te geven. ‘Wat was uw pincode ook alweer dan maken we het helemaal voor u in orde. Nee, u hoeft me niet te bedanken, we doen het graag voor u.’ (volgt een rood aanlopend, van frustratie verwrongen Duitse leraarsgezicht).

De Duitse leraar spookt in mijn brein en schreeuwt me wakker als hij verdwaald is in Neder-medialand. ‘Eerst holt men tierend van lol achter lieden aan die ons willen verblijden met ommuurde huizen waarin camera’s hangen zodat we allemaal op tv kunnen zien hoe ze met elkaar zitten te praten, hoe ze zich vervelen of met elkaar vrijen. Of met programma’s waarin populaire mensen veel brieven krijgen en lelijke mensen zoals ik 1. Dan plakken ze reclames om dat soort realitysoaps zodat we nog meer troep uit China gaan kopen. Dan gaan ze de kopstukken van dat soort programma’s ineens cancelen omdat ze zijn uitgevallen naar collega’s of iets dergelijks. En dan zeggen we met ons allen: altijd al geweten dat die of die BN’er een klootzak was! Snapt u het nog?’

Of de Duitse leraar schudt aan mijn hersenstam, schopt er zelfs tegen, als hij zich kwaad maakt om zoveel onbenul van lieden die zich wereldleider noemen om een landjepik oorlog te beginnen tegen een naburig soeverein land. ‘Hebben we net Wereldoorlog 1 en 2 achter de rug, begint men anno 2022 weer met zo’n stuk ellende. En dan gaan Amerika, Nederland en zelfs Duitsland – die wel de laatste is die dat zou mogen – wapens leveren aan die oorlog. Waar zijn nu de vredeswetenschappers die ons voorgaan hoe zo’n 20e -eeuwse oorlog te de-escaleren? Ik zou bijna zeggen: Scheisse!’

Ach, er is er maar één echte Duitse leraar en die mag nu eindelijk op zijn lauweren rusten.

Ik wens hem een vredig paradijs toe zonder narcissen en de minste ergernis, waarin alle talen, ook de Duitse, vloeiend en correct worden uitgesproken zonder onvertogen woord.

 

Afbeelding van Pexels via Pixabay